Hoger onderwijs

Vrijdag 17 november

13.15 u. - Jordi Heeren & Mira Wyns (MP.L00.214)

Loont lezen nog steeds? Een studie over de rol van lezen bij adolescenten en de samenhang met hun taalvaardigheid en studiesucces

De leesvaardigheid van Vlaamse en Nederlandse jongeren gaat systematisch achteruit. Dood et al. (2020) spreken zelfs van een ontlezing van de maatschappij. Lezen is nochtans belangrijk voor de ontwikkeling van jongeren (Mol & Bus, 2011).Onze presentatie gaat na hoe thuisgeletterdheid en leesfrequentie samenhangen met de academische taalvaardigheid en het studiesucces van eerstejaarsstudenten aan de universiteit. Daarnaast presenteren we de resultaten van een masterproefstudie naar het leesklimaat, de leesattitude, en het leesgedrag van adolescenten en hun samenhang met leesvaardigheid en woordenschatkennis.In de eerste studie is thuisgeletterdheid significant gerelateerd aan taalvaardigheid, net als lezen voor het plezier. Thuisgeletterdheid hangt ook samen met studiesucces. In de tweede studie vertoont taalvaardigheid positieve correlaties met de leesvariabelen. Woordenschatkennis correleert met leesklimaat, -attitude, -gedrag en het lezen van fictie en encyclopedieën; leesvaardigheid correleert met leesklimaat, -attitude en het lezen van strips en fictie. Inzetten op (graag) lezen en een rijk leesklimaat, blijft dus belangrijk.

 

14.15 u. - Jochem Aben (MP.L00.214)

Wat zijn de effecten van dialogische peer-feedback op de mate waarin studenten over hogereordeaspecten van een tekst praten?

Studenten richten zich bij het geven en verwerken van peer-feedback op schrijfproducten veelal op lagereordeaspecten van een tekst, zoals spelling en grammatica, en minder op hogereordeaspecten, zoals structuur en argumentatie. Dat is ongewenst, omdat juist die hogereordeaspecten bijdragen aan de inhoudelijke betekenis van een tekst, en dus de kwaliteit ervan. De vraag dringt zich op hoe we studenten kunnen stimuleren om tijdens het geven en verwerken van peer-feedback meer aandacht te besteden aan hogereordeaspecten. Recente theorieën wijzen op het mogelijke belang van dialogische interactie (bijv. Ajjawi & Boud, 2018), waarbij schrijvers actief feedback genereren op hun product, in plaats van te wachten tot meelezers verbetersuggesties aandragen. Meelezers helpen schrijvers door bijvoorbeeld open vragen te stellen, dóór te vragen, en kritisch te luisteren.

Het is echter nog onduidelijk of dialogische peer-feedbackuitwisseling studenten ook daadwerkelijk aanzet om na te denken over hogereordeaspecten van hun tekst. Om dit te onderzoeken hebben we een experiment uitgevoerd waarin we één groep studenten aanstuurden op het uitwisselen van dialogische peer-feedback (instructie gericht op gesprekskwaliteit), en een andere groep op het uitwisselen van niet-dialogische peer-feedback (instructie gericht op tekstkwaliteit).

Tijdens de sessie luisteren we naar fragmenten van de peer-feedbackgesprekken en proberen we vast te stellen in hoeverre de gesprekken dialogische kenmerken vertonen en in hoeverre ze gericht zijn op hogereordeaspecten. Daarnaast gaan we met de sessiedeelnemers in gesprek over wat studenten van dialogische peer-feedback kunnen leren, en over hoe dialogische peer-feedback in de onderwijspraktijk gebracht kan worden.

De sessie is interessant voor docenten en onderzoekers die willen nadenken over hoe dialogische peer-feedback in de praktijk gebracht kan worden, en/of over wat dialogische peer-feedback op kan leveren voor revisies op hogereordeaspecten.

15.45 u. - Jan Bleyen & Mit Leuridan (MP.L00.214)

Generatieve AI als partner voor taalontwikkelend lesgeven in het hoger onderwijs

In deze bijdrage exploreren Jan Bleyen (Thomas More) en Mit Leuridan (UGent) de manieren waarop we generatieve AI-tools zoals ChatGPT kunnen inzetten om taalondersteuning, in de vorm van taalontwikkelend lesgeven, in het hoger onderwijs te versterken en te vereenvoudigen.  Vaak wordt de discussie over generatieve AI in het hoger onderwijs toegespitst op de nieuw(ere) vereiste competenties en/of de bedreiging op gebied van toetsing.  Generatieve AI kan echter ook bijdragen aan een betere didactiek wanneer je het toepast op de drie pijlers van taalontwikkelend lesgeven: context, interactie en taalsteun.

16.45 u. - Jolien Strous & Maarten van der Meulen (MP.L00.214)

Feedback geven op en beoordelen van presentaties

Presenteren is een belangrijke vaardigheid om te beheersen tijdens studie en werk. Daarom besteden veel opleidingen aandacht aan presentatievaardigheden. Soms met losse workshops, soms met een cursus, soms in een leerlijn. Feedback geven is een van de belangrijkste aspecten bij zo’n cursus; effectieve feedback zorgt ervoor dat studenten beter leren presenteren.In deze workshop besteden we aandacht aan verschillende aspecten van feedback. We gaan in op de volgende twee vragen:

  1. Hoe geef je als docent effectieve feedback op presentatievaardigheden (actio)?
  2. Hoe kun je peerfeedback effectief inzetten in je cursus?

Tijdens de workshop oefenen deelnemers met verschillende manieren van feedback geven. Dit doen ze in de rol van medestudent en in de rol van docent. Hierbij maken deelnemers gebruik van rubrics om feedback te geven op verschillende presentatievaardigheden, bijvoorbeeld op het gebied van houding, handgebaren en stemgebruik. Workshopdeelnemers leren om keuzes te maken in de feedback die ze geven. Ook ervaren ze hoe rubrics studenten kunnen ondersteunen bij het geven van concrete peerfeedback.We focussen op de context van het hoger onderwijs. De workshop is ook geschikt voor docenten uit het voortgezet onderwijs.